Eet vegetarisch
Vegetariër zijn of zelfs wat minder vlees eten is een van de beste dingen die je voor het milieu kunt doen. Er zijn veel redenen voor: je vermindert de CO2-uitstoot, lucht- en watervervuiling, overtollige mestproblemen en ontbossing. Als je een echte vleesliefhebber bent, kan vegetariër worden zelfs je totale CO2-uitstoot halveren. Natuurlijk zijn er ook andere om het te doen, zoals dierenwelzijn, antibioticaresistentie en onze eigen gezondheid.
In de afgelopen 60 jaar is de wereldwijde vleesconsumptie meer dan 5 keer toegenomen, terwijl onze individuele vleesconsumptie bijna is verdubbeld1. Een terugkeer naar meer vegetarisch / veganistisch eten is absoluut mogelijk, aangezien we in onze geschiedenis nog nooit zoveel vlees hebben gegeten als vandaag.
Is deze EcoStap geschikt voor mij?
Als je momenteel vlees eet en bereid bent om wat veranderingen aan te brengen, ja. Zelfs door alleen de hoeveelheid of het soort vlees dat je eet te verminderen, help je werkelijk.
De milieu-impact van vlees
Dit zijn de belangrijkste redenen waarom het goed is om zoveel mogelijk vegetarisch te eten:
Broeikasgassen
Vleesproductie veroorzaakt 14,5% van onze CO2-uitstoot2, waardoor het een flinke factor is voor klimaatverandering. Terwijl andere belangrijke factoren, zoals transport en energieproductie, worden getransformeerd met nieuwe technologieën en veel investeringen, kan de CO2-uitstoot van vlees eenvoudig worden verminderd door iets anders te kiezen in de supermarkt.
In alle stadia van de vleesproductie worden broeikasgassen uitgestoten:
Voeding & ontbossing
Voor elke kilo vlees is gemiddeld 5 kilo voer nodig. Omdat er zoveel voer nodig is, wordt het vaak verbouwd op plekken waar meer land beschikbaar is, zoals het Amazonegebied. Wereldwijd worden bossen en oerwouden elke dag gekapt en verbrand om ruimte te bieden voor voerproductie, vooral voor soja. Bovendien veroorzaakt de (kunst)mest die op het land wordt gebruikt de uitstoot van de vele malen sterkere broeikasgassen methaan (80x) en lachgas (300x).
Dit alles veroorzaakt enorme CO2-uitstoot en vernietiging van de natuur. Zo’n 45% van de uitstoot van vlees komt van het benodigde voer2.
Methaan van de spijsvertering
Bij de vertering van het voer bij herkauwers zoals koeien en schapen komen methaan en lachgas vrij in de vorm van boeren, scheten en mest. Dit is zorgt voor zo’n 39% van de totale uitstoot van vlees2.
Vervoer en verwerking
Fijnstof
Veehouderijen kunnen overlast veroorzaken door fijnstof en geuren in de omgeving. Ammoniak en deeltjes uit mest, voer, veren, huidschilfers en haren worden door de wind als fijnstof de lucht ingedragen. Dit is ongezond voor omwonenden.
Mestproblemen
Doordat het voer van buitenaf naar grote veehouderijen met veel dieren wordt gebracht, is er een mestoverschot. Er is namelijk minder mest nodig voor de lokale akkers en weilanden dan er wordt geproduceerd. Stoffen uit de mest zoals fosfaat, nitraat en ammoniak kunnen door wind en regen in het grond- en oppervlaktewater terechtkomen. Hierdoor raakt de natuur overbemest en verzuurd, met een verminderde biodiversiteit tot gevolg. Ook het drinkwater moet extra gezuiverd worden om deze stoffen te verwijderen.
De ideale oplossing is kringlooplandbouw, en minder vlees. Alleen lokale restproducten uit de land-, tuinbouw en voedingsmiddelenindustrie of gras van niet voor akkerbouw geschikte gronden worden als voer gebruikt. Alle mest wordt dan weer gebruikt om nieuwe producten te telen. Dit kan echter alleen op grote schaal als we minder vlees eten, anders gaat de keten niet dicht.
Welk vlees heeft de minste impact?
Hoewel geen vlees eten het beste is voor het milieu, is het als je wel vlees eet vele malen beter om kip te kiezen dan rund- of lamsvlees. In het volgende overzicht zie je de CO2-uitstoot van verschillende voedingsmiddelen:
Antibioticaresistentie
Antibiotica werden lang op grote schaal aan het voer toegevoegd om de groei van de dieren te versnellen en ziekte te voorkomen. Dit is in de EU sinds 2006 verboden en in de VS sinds 2017, maar het wordt nog steeds gebruikt tegen bepaalde schadelijke bacteriën.
Bij het gebruik van grote hoeveelheden antibiotica ontwikkelen zich antibioticaresistente bacteriën, zoals de MRSA-bacterie. Dit is gevaarlijk omdat deze bacteriën niet meer met antibiotica te behandelen zijn en mensen en dieren moeilijker genezen.
Dierenwelzijn
De vleesindustrie heeft de afgelopen jaren vooral in Europa stappen genomen om, meestal vanwege nieuwe wetten, het vleesproductieproces diervriendelijker te maken. Bijvoorbeeld vereist anesthesie in geval van castratie en verbeterde leefomstandigheden. In de meeste Europese landen mogen zowel hobbydieren als landbouwhuisdieren zelfs wettelijk geen honger of pijn lijden. Maar kan vleesproductie op industriële schaal ooit echt diervriendelijk zijn?
Maatregelen die het lijden van landbouwhuisdieren verminderen, verhogen vrijwel altijd de kosten, waardoor landbouwbedrijven minder concurrerend worden. Van extra leefruimte, tijd buiten, gezelschap, spel, verminderde groeisnelheid, langere levensduur, beter eten, het kost allemaal extra geld. Bedrijven die dit doen worden ofwel minder concurrerend, of de prijs van vlees wordt zeer hoog als deze maatregelen verplicht worden gesteld. En uiteindelijk zal het dier altijd naar de slachterij moeten.
Daarnaast vergroot grootschalige vleesproductie de kans, verspreiding en impact van (nieuwe) epidemieën, zoals vogelgriep en mond- en klauwzeer 3. Als dit gebeurt, worden gelijk duizenden dieren gedood. Ook vergroot het de kans dat er nieuwe ziekten opduiken die ook mensen kunnen treffen.
Wil je toch vlees eten en vind je dierenwelzijn belangrijk, dan wordt biologisch vlees onder iets diervriendelijkere omstandigheden geproduceerd. Maar écht diervriendelijk zal het op grote schaal nooit zijn.
Biologisch vlees
Biologisch vlees verbetert vooral het dierenwelzijn, omdat de dieren het hele jaar door naar buiten kunnen, ze binnen meer ruimte hebben en over het algemeen een stuk gezonder zijn. Het is in sommige opzichten beter voor het milieu, maar in andere opzichten slechter. Omdat de dieren langer leven en meer voedsel en ruimte krijgen, is biologisch vlees in de winkel ongeveer anderhalf keer duurder, afhankelijk van het soort dier.
Beter voor het milieu
Bij de productie van biologisch vlees worden geen kunstmest of synthetische gewasbeschermingsmiddelen gebruikt. Het voer heeft ook een lagere milieu-impact per kg omdat het meer van de omliggende boerderijen en minder uit verre landen komt. Dit alles zorgt voor een betere bodemkwaliteit, minder ontbossing in verre landen en een beter milieu.
Slechter voor het milieu
Er zijn echter ook redenen waarom biologisch vlees slechter is voor het milieu. Biologische dieren leven langer, hebben meer voer nodig, produceren meer mestoverschot en stoten meer broeikasgassen uit.
Herken biologisch vlees
Biologisch vlees herken je in de EU aan het ‘groene blaadje van sterren’, het Europese keurmerk voor biologische landbouw. Om dit keurmerk te krijgen, moet het vlees voldoen aan de strenge eisen van de EU. Ook is er het Demeter-keurmerk voor biodynamische landbouw op basis van antroposofische principes. In de Verenigde Staten gebruiken ze het USDA-label.
Vleesvervangers
Plantaardige vleesvervangers zijn veel beter voor het milieu dan vlees en bevatten ook nog eens eiwitten. De productie ervan stoot veel minder broeikasgassen uit en vereist minder energie, land, kunstmest en water.
Wat zijn de beste vleesvervangers?
Peulvruchten, noten, quorn, tofu, tempeh en plantaardige kant-en-klare vleesvervangers op basis van soja, granen, groenten, zeewier of schimmels zijn de meest milieuvriendelijke vleesvervangers. Vleesvervangers op zuivelbasis, zoals bijvoorbeeld Valess, zijn qua milieubelasting echter vergelijkbaar met kip. Kaas is nog slechter.
Kijk op de verpakking wat er in je vleesvervanger zit. Is het plantaardig? Dan zit je goed.
Hoe maak je vegetariër worden makkelijker?
Voor sommigen is het lezen van alle vorige informatie misschien al voldoende om vandaag vegetariër te worden. Maar voor velen is het misschien meer geschikt om er in stappen te komen. Misschien eet je eerst niet om de dag vlees. Dan alleen in het weekend. Dan maar één keer per week. Zo raak je eraan gewend en voor je het weet ben je vegetariër.
Extra tips
Leer nieuwe vegetarische gerechten koken, in plaats van alleen het vlees te vervangen in de gerechten die je van vroeger kende. Er zijn veel fantastische vegetarische kookboeken en recepten online. Zo ontdek je nieuwe smaken en mis je het vlees niet of nauwelijks.
Kijk een paar documentaires over de vleesindustrie, het is behoorlijk schokkend wat daar gebeurt. Als je dit ziet, kun je dat extra emotionele duwtje in de rug krijgen om de verandering aan te brengen.
Realiseer je dat de verandering makkelijker wordt, hoe langer je hem volhoudt. Je brein heeft even wat tijd nodig om aan een nieuwe gewoonte te wennen, maar op termijn is het makkelijk.
PLANT BOMEN EN WORD VANDAAG Nog KLIMAATNEUTRAAL
Bomen planten en je CO2-uitstoot verminderen is essentieel voor het klimaat, de biodiversiteit en gezonde leefomstandigheden. Met de bomen die we in Tanzania platen en onze EcoStappen doe je eenvoudig beide en pak je klimaatverandering mooi, effectief en volledig aan. Begin daarom nu: